Lang bloeiende Agastache met korte, donkerblauwe aartjes en opvallend geelgroen blad. Zaait zich kleurecht uit.
Grasachtige pollen met stervormige bloemen aan lange stelen. Goed bestand tegen droogte en maaien, vormt ondergrondse knollen.
Witte vorm van de inheemse Bastaardwederik. Pionierplant, groeit van nature op omgewoelde grond. Fijn, smal blad dat iets hangend van de stelen staat, de bloemen staan in losse aren.
Grootse solitair met groot rond blad dat taai aanvoelt. Bleoit met grote wolken hele kleine bloemetjes, lijkt op Gipskruid.
Luchtige bossen heel fijn gesneden donker blad met die typische venkelgeur. De bloei is prachtig: open schermen met kleine gele bloemen. Zaait zich uit, bewaar alleen de donkere zaailingen.
Middelhoge Helenium met gele bloemen die een bruinrode onderkant hebben. Eén van de rijkst bloeiende Heleniums die stevig staat en ieder jaar betrouwbaar terugkomt.
Verticale planten: het blad is grasachtig: smal en lang, de bloemen staan in lange aren daarboven. Bloeit van boven naar beneden! Dit is de langste Liatris, tot wel 150 cm hoog!
Vrij recent geïntroduceerd door de Hermannshoff en veelbelovend. Lijkt op Phlomis tuberosa maar zou wat makkelijker groeien. Bloeit met lipbloemen in kransen aan donkere stelen.
Zeer rijk bloeiend met korte donkerrode aartjes. Het blad is grijsgroen en blijft laag.
Fijn, geveerd blad en donkerrode korte aartjes aan lange stelen. Hoog maar transparant doordat de bloemstelen vrijwel geen blad hebben. Henk Gerritsen was de man achter de Priona Tuinen en een groot voorbeeld.
Zeer rijk bloeiend met korte donkerrode aartjes. Het blad is grijsgroen en blijft laag. Voorheen verkocht onder de naam ‘DJHC 143’.
Een van de hogere Pimpernelsoorten. Bloeit aan vertakkende stelen met korte aartjes die echt rood zijn, niet zo dof als sommige andere soorten. Mooie luchtige structuur die stevig blijft staan.
Schitterende witte schermbloem met fijn blad en rode bloemstelen. De witte bloemetjes staan in schermen die in de loop van de bloei steeds vlakker worden. Voor niet te droge, voedselarme grond.
Gevonden in Kirgizië. Grote planten, de naam minus slaat op de grootte van de bloemen. Vormt een grote pol grijsgroen blad, bloeit met veel kleine, geelgroene bloemen die in grote pluimen hoog boven het blad staan. Houdt van zwaardere grondsoorten, niet van droge, zonnige standplaatsen.