Bekende lage Astilbe met zachtrose bloei en een nette, bodembedekkende groeiwijze. Doen het prima op onze leemgrond maar laat ze niet uitdrogen, dus op droge grondsoorten niet in de volle zon planten.
Lage Astilbe met mooi donker blad waarboven de roze bloemen goed afsteken. Vrij laat bloeiend met vrij smalle bloeiaren. Kan beter tegen droogte dan de meeste Astilbes.
Hoge Astilbe met opvallend helderpaarse bloemen in grote trossen. Verdraagt meer droogte dan andere Astilbes maar geen plant voor droge grond. Probeer ze eens in lichte schaduw!
Grote, bijna perfect ronde bladeren van soms wel 60 cm doorsnede. Ze vormen zeker in de (half)schaduw een mooi contrast met andere (blad)planten. De bloei is wit en staat hoog boven het blad. Vraagt veel vocht.
Inheemse vlinderbloemige die bodembedekkend groeit op vochtige plekken in grasland en bosranden. Bloeit met zachtgele, bijna witte bloemen.
Inheemse vlinderbloemige die bodembedekkend groeit op vochtige plekken in grasland en bosranden. Bloeit met zachtgele, bijna witte bloemen.
Netel met kleine witte bloemetjes aan slappe aren. Diep ingesneden, mooi getekend blad aan donkerrode stelen. Mooie schaduwplant voor een niet te donkere plek.
Goede schaduwplant met een bijzondere bloemkleur: de bloemen zijn bleeklia. Houdt niet van droogte, verdraagt een beetje zon als de bodem niet uitdroogt.
Selectie van Coen Jansen met grote, blauwpaarse bloemen die schuin van de stelen afstaan. Valt niet om en is, volgens Coen, ‘zeer bloeiwillig’.
Zeer sterke planten met geelbont blad dat in de winter aan de plant blijft. Goede bodembedekker voor (half)schaduw waar het lichte blad een beetje kleur geeft.
Grote bossen overhangend, fijn blad. In het voorjaar is het blad olijfgroen met oranje punten, in het najaar verkleurt het spectaculair naar fel oranje. Voor vochtige, goed doorlatende grond, liefst uit de volle brandende zon.
Knoopkruid. Zeer algemene inheemse plant, groeit in graslanden op dijken en in wegbermen. Erg variabel, de hoogte kan variëren tussen 40 en 120 cm. Houdt van matig voedselrijke, niet te droge plekken in de zon.
Witte vorm van de bekende Schildpadbloem. Makkelijk groeiende schaduwplant met afstaande klokvormige bloemen. Breidt zich niet zo snel uit als de rose vorm en blijft ook iets lager.