Bloeit met bleeklila bloemen in schermen, wordt vaak gezien als een roze vorm van Fluitekruid maar de bloemschermen zijn wat dichter. Ook het blad is iets grover, en het geurt naar appel. Groeit op doorlatende grond in zon of halfschaduw.
Witte vorm van de inheemse Bastaardwederik. Pionierplant, groeit van nature op omgewoelde grond. Fijn, smal blad dat iets hangend van de stelen staat, de bloemen staan in losse aren.
Dunne steeltjes met schitterende half hangende bloemen die niet helemaal wit zijn, eerder licht lilablauw en aan de binnenkant een schitterende tekening hebben: paarswit met een gele ring. IJle groeiwijze, geen plant die de aandacht trekt maar zeer de moeite waard. Voor goed afwaterende voedselrijke grond.
Grootse solitair met groot rond blad dat taai aanvoelt. Bleoit met grote wolken hele kleine bloemetjes, lijkt op Gipskruid.
Grootse solitair met groot rond blad dat taai aanvoelt. Bleoit met grote wolken hele kleine bloemetjes, lijkt op Gipskruid.
Onbekende Crambe. Afkomstig uit Uzbekistan, zou daar meer dan 2 mtr hoog worden. Ik ben benieuwd!
Langzame groeier met zachtrose bloemen in grote losse aren. De wortels van deze plant zijn wit, vandaar de soortnaam albus. De nederlands naam Vuurwerkplant dankt de plant aan de etherische olie de hij afscheidt. Bij warm windstil weer verdampt de olie en ontbrandt dan makkelijk. De plant heeft er verder geen last van.
Tweejarige: het eerste jaar worden rozetten gevormd, het volgende jaar bloeit de plant met grote verticale aren met bruin-gele bloemen. Sterft meestal af na de eerste bloei maar soms houden ze het een paar jaar langer vol.
Tweejarige: het eerste jaar worden rozetten gevormd, het volgende jaar bloeit de plant met grote verticale aren met bruin-gele bloemen. Sterft meestal af na de eerste bloei maar soms houden ze het een paar jaar langer vol.
Wollig Vingerhoedskruid. Tweejarige met okergele bloemen met een bijna witte onderlip. Groeit op open plekken waar het zaad kan kiemen, ook in droge, schrale plekken.
Geel Vingerhoedskruid. Tweejarige met zachtgele bloemen in kleine aren. Groeit op droge, stenige plekken in de zon.
Een Vingerhoedskruid uit Spanje, een halfheester die een warme, beschutte plek wil met zeer droge grond. De bloei is prachtig, een soort paarsbruin met oranje.
Vingerhoedskruid met een bijzondere kleur: een soort oranjebruin. Parviflora betekent ‘kleine bloemen’, gelukkig zitten er heel veel van die kleine bloemen aan een steel! Sterft meestal af na de bloei maar zaait zich licht uit.
Mooi, compact Vingerhoedskruid met opvallend bruinrode bloei. Blijft stevig staan, ook na de bloei en vormt dardoor een mooi silhouet. Niet tweejarig maar wel kort levend en uitzaaiend. Groeit in Noord Spanje op droge plekken in grasland en struwelen.
Inheemse Mannetjesvaren. Kan op vruchtbare plekken wel 100 cm hoog worden. Meer ingesneden blad dan dat van de Wijfjesvaren en minder kieskeurig qua standplaats. Groeit eigenlijk overal, als het maar uit de zon is.
Luchtige varen door het fijn ingesneden, opgaand groeiende blad dat toch makkelijk 60 cm hoog wordt. Groeit op koele, beschaduwde plekken in vrijwel iedere grondsoort. Wintergroen.