Grote zilver geaderde bladeren met scherpe stekels. De bloemen zijn dezelfde als bij andere Acanthus-soorten: lange grove aren met witte bloemen met een auberginekleurig dakje erboven. Kan snel groeien maar bloeit dan vaak minder; plant ze op een niet te voedzame, kalkrijke plek.
Bijzondere kleur: veel bleker blauw dan andere Monnikskappen. Het blad is mooi glanzend donkergroen en niet zo grof. Heel sierlijke plant door de onvertakte rechte bloemstelen. Voor een niet te droge plek, liefst een beetje uit de zon.
Een voor mij nieuwe soort die ik in Kyrgyzstan voor het eerst gezien heb. Ik heb er verder nog geen ervaringen mee, ik heb wat zaden gezaaid, nu maar afwachten! De vermeerdering blijkt lastig, zeer beperkt leverbaar.
Geel bloeiende zaailingen van Aconitum lycoctonum ssp moldavicum. De naamgeving van deze soort is nogal verwarrend, de plant wordt ook verkocht als Ac. vulparia, Ac. pyrenaicum en zelfs als Ac. septentrionale hoewel deze laatste blauw zou moeten bloeien. Hoe dan ook: dit is een mooie zachtgeel bloeiende plant die graag op zware, niet te droge grond staat. Houdt niet van de volle middagzon. Maakt grote pollen blad maar bloeit met lange, relatief bescheiden aren. Mooi!
Deze ondersoort uit Moldavië bloeit met tweekleurige bloemen: de hoed van de bloem is bleeklila, alleen de buitenste rand van iedere bloem is zachtgeel. Wordt ongeveer 140 cm hoog en groeit op vochthoudende grond, liefst uit de volle zon.
Witbloeiende Monnikskap met donkergroen, ingesneden blad en lange stelen. Groeit bij voorkeur op vochthoudende grondsoorten in niet te felle zon.
Synoniem: Aconitum lycoctonum ssp vulparia. Zachtgeel bloeiende Monnikskap met donkere stelen en donkergroen blad. Groeit het liefst in halfschaduw op humusrijke grond maar in onze leemgrond doen ze het ook in de zon prima.
Christoffelkruid. Bloeit in de voorzomer met losse witte pluimen. Na de bloei worden de bloemstelen rood en ontstaan opvallende witte bessen die een klein zwart oogje hebben. Makkelijk groeiend op iedere niet te droge plek uit de volle zon.
Opvallende plant met zilvergroen gekleurd, diep ingesneden blad en witte bloemen in het late voorjaar. Na de bloei worden de stelen roder en worden witte bessen gevormd die een klein zwart oogje hebben. Goede groeier voor niet te droge grond, liefst uit de volle zon.
Mooie structuur met afgebroken geveerd blad, oftewel: kleine en grote, ingesneden blaadjes. Groeit mooi rechtop met een lange bloeiaar, de aar opent van beneden naar boven! Groeit op drogere kalkhoudendende grondsoorten, in de zon of halfschaduw.
Vrouwenmantel. Klassiek in combinatie met blauwe geraniums. Dauw en regen parelen op het blad. Goede snijbloem en ook zeer geschikt voor in de schaduw!
Tweejarige plant met schitterende bolvormige witte schermen.
Deze plant groeit in Kirgizië in wegbermen en bloeit daar met lichtpaarse bloemen die uit donkere knoppen komen. Het blad is smal en staat aan stevige donkerpaarse stelen. Er staan hier nu een aantal jaren een paar planten in de tuin maar ze bloeien niet. Wie probeert het eens? Vormt korte uitlopers.
Bijzondere akelei uit Centraal Azië. Donkerpaarse, bijna zwarte, bloei. Groeit in (half)schaduw op niet te droge grond.
Prachtige zachtgele akelei uit het oostelijk deel van de Balkan waar hij groeit op goed afwaterende plekken, liefst een beetje uit de volle zon.
Donkerpaars bloeiende selectie uit ‘Nora Barlow’ met gevulde bloemen. Makkelijke planten die zich iets uitzaaien.